Gevaarlijke stoffen klassen

Gevaarlijke stoffen klassen - ADR

ADR betekent Accord Relatif au Transport International de Marchandises Dangereuse par Route, ook wel: het vervoer van gevaarlijke stoffen. ADR is het Europees verdrag waarin de afspraken en regels rondom het vervoeren van gevaarlijke stoffen staan.

ADR - Regels

De regels van het ADR zijn samengesteld door de Verenigde Naties. In deze regels staat alles wat te maken heeft met het vervoer van gevaarlijke stoffen. Denk bijvoorbeeld aan regels over hoe stoffen vervoerd moeten worden, welke tekens op vrachtwagens moeten staan die gevaarlijke stoffen vervoeren en welke stoffen door welke tunnels vervoerd mogen worden.

Gevaarlijke stoffen klassen: 9 ADR-klassen

Er zijn 9 ADR-klassen. De klassen 2, 4, 5 en 6 hebben nog een onderverdeling. Hieronder leggen we aan je uit wat elke klasse inhoudt.

Klasse 1: Explosieve stoffen en voorwerpen

Het gevaar van producten met explosieve stoffen is het gevaar op ontploffing. Je kunt denken aan vuurwerk, wapens en munitie.

Klasse 2: Gassen

Klasse 2 bevat verschillende typen gassen. Het gevaar hiervan? Brandbaarheid, verstikking, bijtende stoffen en giftige stoffen. Voorbeelden zijn stikstof en propaan.

Klasse 2.1 Brandbaar gas

Onder deze klasse vallen gassen die brandbaar zijn. Deze klasse is herkenbaar door het rode bord met vlam.

Klasse 2.2 Niet brandbaar, niet giftig gas

Onder deze klasse vallen gassen die niet brandbaar of giftig zijn.

Klasse 2.3 Giftig gas

Giftige gassen hebben ook een eigen subklasse. Herkenbaar aan een wit bord met een doodshoofd erop.

Klasse 3: Brandbare vloeistoffen

Dit zijn vloeistoffen die onder specifieke omstandigheden kunnen ontvlammen. Het grootste risico is brandgevaarlijkheid. Een voorbeeld? Wasbenzine spiritus.

Klasse 4: Brandbare vaste stof

Klasse 4 bevat brandbare vaste stoffen, ook deze klasse is onderverdeeld in drie andere klassen

Klasse 4.1: Brandbare vaste stoffen

Dit zijn stoffen die makkelijk ontvlammen door wrijving. Denk aan stoffen in korrelvorm, poedervorm, metaalvorm of pastavorm. Voorbeelden zijn metaalpoeders en zwavel.

Klasse 4.2: Zelfontbranding vatbare stoffen

Deze klasse bevat stoffen die zonder ontstekingsbron met zuurstof uit de lucht tot brand kunnen leiden.

Klasse 4.3: Stoffen die gas ontwikkelen bij water

Stoffen in deze klassen kunnen brandbare gassen ontwikkelen met water. Voorbeelden zijn aluminium, magnesium en zink.

Klasse 5: Oxiderende stoffen

Deze klasse bevat oxiderende stoffen. Wat houdt dat in? Dit houdt in dat stoffen zuurstof vrijmaken, waarbij zij verbranding met andere stoffen kunnen veroorzaken. De stoffen hoeven op zichzelf niet brandbaar te zijn. Deze klasse is onderverdeeld in twee andere klassen.

Klasse 5.1: Oxiderende stoffen

Deze subklasse bevat stoffen die niet zelf brandbaar zijn, maar wel verbranding kunnen veroorzaken van andere stoffen. Denk aan kunstmest en waterstofperoxide.

Klasse 6: Giftige stoffen

Deze klasse bevat giftige stoffen en is onderverdeeld in twee subklassen.

Klasse 6.1: Giftige stoffen

Deze klasse bevat stoffen die bij inademing, aanraking met de huid of inslikken de gezondheid schaden of kunnen leiden tot de dood. Voorbeelden zijn pesticiden.

Klasse 6.2: Infectueuze stoffen

Deze subklasse classificeert besmettelijke stoffen die ziekte kunnen veroorzaken bij mensen of dieren. Voorbeelden zijn micro-organismen en prionen.

Klasse 7: Radioactieve stoffen

Bij deze klasse gaat het om stoffen die spontaan energie in de vorm van onzichtbare straling kunnen uitzenden. Een voorbeeld van een radioactieve stof is uranium.

Klasse 8: Bijtende stoffen

Klasse 8 bevat stoffen die de huid of slijmvliezen beschadigen als je ermee in contact komt. Voorbeelden zijn accuzuur, zoutzuur en zwavelzuur.

Klasse 9: Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen

Dit zijn stoffen die tijdens het vervoer wel voor gevaar kunnen zorgen, maar die niet in de omschrijving in een van de andere klassen vallen. Denk bijvoorbeeld aan lithium batterijen.