Arbeidsveiligheid en laaggeletterdheid in 2025
Blog door: Masja Van Loy, Veiligheidskundige bij Arbode Consultancy
Onderschat risico op de werkvloer
Laaggeletterdheid blijft ook in 2025 een belangrijk, maar vaak onzichtbaar risico binnen arbeidsveiligheid. Nu steeds meer informatie digitaal wordt gedeeld, groeit de kans dat sommige werknemers veiligheidsinstructies niet goed begrijpen of toepassen – met misverstanden, fouten en zelfs ongevallen tot gevolg.
Laaggeletterdheid betekent moeite hebben met lezen, schrijven en/of rekenen.
Laaggeletterden bevinden zich doorgaans op A-taalniveau, wat betekent dat zij eenvoudige, korte teksten kunnen lezen, maar moeite hebben met langere of abstractere informatie. Ongeveer 3 miljoen Nederlanders – één op de vijf volwassenen – vallen hieronder (Stichting Lezen en Schrijven, 2024). Tijdens mijn eigen onderzoek in 2017 lag dit aandeel nog op 1 op 6, wat laat zien dat het probleem in de afgelopen jaren niet kleiner is geworden maar juist groter!
Voorbeeld: in Nederland wordt van iemand met een Mbo-4 opleiding verwacht dat hij of zij op B1-niveau kan lezen en begrijpen.
Veel veiligheidsinstructies zijn echter geschreven op C-niveau, waardoor ze voor een groot deel van de werknemers te moeilijk zijn om volledig te begrijpen.
Laaggeletterheid komt in alle sectoren en functies voor, maar bovengemiddeld in sectoren als de bouw, logistiek, schoonmaak, groenvoorziening en productie. In sommige beroepsgroepen loopt het aandeel laaggeletterden zelfs op tot 1 op 3 medewerkers.
Taal als veiligheidsvoorwaarde
Laaggeletterdheid heeft grote gevolgen voor gezondheid, welzijn en veiligheid. Uit onderzoek van TNO (Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden, 2023) blijkt dat ongeveer 1 op 10 arbeidsongevallen mede wordt veroorzaakt door onvoldoende taalbeheersing.
Een simpele misinterpretatie van een veiligheidsvoorschrift kan leiden tot gevaarlijke situaties. Denk aan een medewerker die “niet in de onmiddellijke nabijheid plaatsen” leest als “niet ertegenaan zetten”, en daardoor gasflessen te dicht bij een brandbare vloeistof opslaat. De tekst klopt, maar is niet begrijpelijk.
Leren door zien en doen
De maatschappij digitaliseert in hoog tempo. Veel veiligheidsinformatie is tegenwoordig alleen nog digitaal beschikbaar: via intranet, e-learning of QR-codes op machines. Hierdoor kunnen laaggeletterden en digitaal minder vaardige werknemers de veiligheidsinformatie niet altijd bereiken.
Niet iedereen leert op dezelfde manier. De klassieke methode “lezen – begrijpen – doen” werkt niet voor iedereen. Laaggeletterde medewerkers leren vooral door zien, doen en herhalen. Dat vraagt om andere manieren van kennisoverdracht, zoals:
– Gebruik van begrijpelijke taal (B1-niveau). AI-blad 59 Begrijpelijke werk- en veiligheidsinstructies biedt 21 praktische schrijfregels.
– Visuele ondersteuning: foto’s, pictogrammen, tekeningen en korte video’s helpen om complexe informatie te vertalen naar de praktijk.
– Teach-backmethode: vraag niet “heb je het begrepen?”, maar “kun jij mij uitleggen hoe jij deze klus veilig uitvoert?”.
– Digitale hulpmiddelen met auditieve ondersteuning: een eenvoudige app met gesproken tekst en beeld blijkt vaak veel effectiever dan een dik VIB-blad.
Zelfregie, online registratie en digitale veiligheidstoetsen zijn niet voor iedereen vanzelfsprekend. Wie de digitale taal niet spreekt, valt al snel buiten de boot — en dat brengt veiligheidsrisico’s met zich mee.
Herkennen en verbeteren
Verbetering begint bij het herkennen van laaggeletterdheid. Werkgevers en leidinggevenden kunnen dat doen door open en zonder oordeel het gesprek aan te gaan. Zinnen als “Veel mensen vinden formulieren invullen lastig” of “Sommige teksten zijn echt ingewikkeld geschreven” helpen om het onderwerp te normaliseren.
Minder is meer
Veel veiligheidsdocumentatie is geschreven op C-niveau: te ingewikkeld voor een groot deel van de werkvloer. Een overdaad aan tekst, kleine letters en lange zinnen schrikt af en werkt averechts. Het is een misvatting dat méér informatie automatisch veiliger maakt. Juist door informatie te vereenvoudigen en te doseren vergroot je de effectiviteit.
Samen werken aan veiligheid
Een goede veiligheidsaanpak houdt rekening met taal en cultuur. Laaggeletterdheid is geen individueel probleem, maar een collectieve uitdaging. Werkgevers die investeren in begrijpelijke communicatie, ervaren vaak ook positieve effecten op betrokkenheid, samenwerking en meldgedrag.
Combineer begrijpelijke veiligheidsinstructies met gedragsmodellen en maak duidelijk waarom veilig werken belangrijk is — niet alleen wat er moet gebeuren.
Conclusie: taal maakt veilig
Begrijpelijke taal en toegankelijke communicatie zijn cruciaal voor een veilige werkvloer.
Door te investeren in begrijpelijke taal, duidelijke instructies, visuele ondersteuning en een open leercultuur, kunnen organisaties veel ongevallen voorkomen.
Taalvaardigheid hoort thuis in elke risico-inventarisatie, veiligheidsopleiding en toolboxmeeting. Alleen dan kan iedereen – ongeacht taalniveau – veilig werken.